FIDE handhaaft maatregelen tegen Rusland en Wit-Rusland
In dit artikel:
Tijdens de Algemene Vergadering van de FIDE op 21 en 22 september in Boedapest, onder leiding van vice-president Vishy Anand, stond de boycot van Rusland en Wit-Rusland centraal. De vergadering besloot om overleg te voeren met het IOC en POC over mogelijke verzachting van de sancties, met name voor gehandicapte schakers en kinderen onder de 12 jaar uit deze landen.
Babur Tolbaev, vertegenwoordiger van de Kirgizische schaakfederatie, noemde de sancties "onethisch" en benadrukte dat schakers niet verantwoordelijk geacht moeten worden voor de acties van hun regeringen. De Russische afgevaardigde Sergej Janovski sprak van "oneerlijke" sancties, die volgens hem in strijd zijn met het FIDE-handvest dat discriminatie op basis van nationaliteit verbiedt. In tegenstelling tot deze opvattingen, stelde de Oekraïense afgevaardigde Viktor Kapustin dat de sancties moeten blijven vanwege het verleden van geweld tegen Oekraïners door Russische strijdkrachten.
Ondanks de roep om versoepeling van de boycot, steunden slechts 21 van de meer dan 100 aanwezige federaties het voorstel om de maatregelen op te heffen. Een aanzienlijke meerderheid was echter wel voor het aangaan van gesprekken met het IOC en POC over de situatie van gehandicapten en kinderen. De positie van de Nederlandse schaakbond (KNSB) in deze discussie is niet bekend.